Van de coördinator van de vogelwachters op Engelsmanplaat kwam het verzoek of ik het belang van hoogwatervluchtplaatsen onder de aandacht van de vaarrecreatie, dus ook de kanoërs, wil brengen.
De meeste vogels die op het Wad foerageren, moeten bij hoogwater de hoger gelegen platen, de kust en de eilanden opzoeken. Deze plekken noemt men hoogwatervluchtplaatsen of kortweg hvp's. Terwijl de vogels wachten tot het water ver genoeg is gezakt om weer op zoek te kunnen naar voedsel rusten ze uit en gebruiken ze die periode om het eerder vergaarde voedsel te verteren.
In de kaart hieronder zijn de hvp’s in het oostelijke wad in bruin aangegeven. De gearceerde gebieden zijn een deel van het jaar en soms het hele jaar afgesloten (zgn. art 2.5, voorheen art 20 gebieden). Daarop is te zien dat de bij hoogwater droogblijvende delen van Engelsmanplaat, het Rif, Simonszand, de kwelders van de eilanden en de Rottums door de vogels worden benut als rustplek (en deels ook als broedgebied). Met name op het Rif, de zuidoostpunt van Engelsmanplaat (de Hiezel) en de oostpunt van Schier verblijven tijdens hoogwater grote aantallen wadvogels. Zo lang je in de geulen Zoutkamperlaag en Eilanderbalg blijft is er niets aan de hand, maar het gaat mis zodra je bij hoogwater de kant opzoekt. De vogelwachters op Engelsmanplaat zien iedere keer weer dat als een boot met hoogwater bij de Hiezel of het Rif aanlegt en mensen de plaat opstappen de vogels al weggevlogen zijn voordat je die als verstoorder zelf kunt zien. Je denkt dat je niets verstoort, maar het kwaad is dan al geschied.
Een algemeen gehanteerde regel is daarom dat je hvp’s met rust laat van drie uur voor tot drie uur na hoogwater. Soms is het onvermijdelijk dat je toch in de buurt van vogels moet varen, houd dan zoveel mogelijk gepaste afstand en maak geen lawaai. Sowieso geldt dat je je op het Wad houdt aan de Erecode (zie www.ikpasophet wad.nl). De Erecode hangt ook in de Loods. Naleving van de Erecode, d.w.z. dat je in het natuurgebied Waddengebied je zo gedraagt dat je zo min mogelijk verstoring geeft en zo ook de overheden en natuurbeschermers geen reden geeft tot het nemen van verder beperkende maatregelen, bijvoorbeeld door meer gedeeltes van het Wad af te sluiten.
Robbert van der Eijk
(Regiovertegenwoordiger Waddenkanoërs namens TKBN en Watersportverbond)